Opdracht 11: Stripanalyse

De muren van Samaris - Schuiten & Peeters (uit de reeks De duistere steden)

Fiche stripopdracht

Titel gekozen strip

De muren van Samaris

Naam van de reeks

De duistere Steden

Nummer in deze reeks

1

Tekenaar

François Schuiten

Ander werk van deze tekenaar

Dolorès, Les machinistes, Les terres creuses

Scenarist

Benoît Peeters

Ander werk van deze scenarist

Love hotel, Tokyo est mon jardin, Demi-tour

Uitgeverij

Casterman

Jaar van uitgave

1983

Aantal pagina’s

48

Kaft (hardcover of softcover)

softcover

Kleur of zwart-wit

kleur

Genre

fantasie, mysterie

Korte beschrijving van de tekenstijl, ‘look’, sfeer

 

 

De strip krijgt een erg mysterieuze sfeer door de pastelkleuren en de weinig expressieve gezichten van de personages. Er is een grote focus op architectuur: de gebouwen zijn getekend met oog voor detail. De focus lijkt dus meer gelegd op de gebouwen en de steden, en minder op de personages.

Thematiek

Architectuur, mysterieuze steden, avontuur

Belangrijkste personages

Franz Bauer, Carla

Vertelde tijd

Onduidelijk: Het hoofdpersonage spendeert ongeveer een maand in Samaris. Wanneer hij echter terugkeert naar Xhystos blijkt dat er veel meer tijd is gepasseerd. Het is dus onduidelijk voor de lezer hoelang Franz in Samaris verbleef.

Historische tijd

Onduidelijk: Het verhaal speelt zich af in een fantasiewereld. De tijd wordt niet gespecifieerd, al lijkt de kleding van de personages vaak in de Victoriaanse stijl.

Belangrijkste locatie(s) waar het verhaal zich afspeelt

Twee steden: Samaris en Xhystos

Leeftijd doelpubliek

Strip voor volwassenen

 

Stripanalyse

Hieronder analyseer ik p.11 uit de strip De muren van Samaris. Ik bespreek achtereenvolgens de plot, de beeldcompositie, de closure, de woord-beeldverhouding, de personages, de motieven, de sfeer/stijl en de taal. Onderaan deze pagina vindt u een scan van de bladzijde 11 van de strip. 
 

1.    Plot:

Franz krijgt de opracht om op missie te gaan naar de mysterieuze stad Samaris. Hij moet gaan uitzoeken of de geruchten over deze stad (die niet nader gespecifieerd worden) op waarheid berusten. Een aantal mensen trokken al naar de stad om niet meer terug te keren. In Samaris krijgt hij een erg naar gevoel. Hij ontdekt na een kleine maand dat de stad bestaat uit een groot aantal panelen, die verschoven worden om de stad te vormen en voortdurend te veranderen. Alles wat hij zag tijdens zijn verblijf bleek dus een trompe-l’oeil. Na zijn ontdekking keert hij terug naar zijn eigen stad Xhystos om verslag uit te brengen. Bij zijn aankomst blijkt echter dat de stad volledig veranderd is en dat meer tijd is voorbijgegaan dan hij dacht.

2.    Beeldcompositie:

a.    beeldgrootte: In het eerste  en het tweede plaatje van deze pagina zien we een knee shot. In het derde plaatje krijgen we een (medium) long shot waarbij de stad op de voorgrond komt en het hoofpersonage maar een schim is. In de reeks De duistere Steden is het zo dat in elk album een andere stad centraal staat. De steden en hun architectuur kunnen dus ook als hoofdpersonages in de reeks beschouwd worden. Het vierde plaatje is opnieuw een knee shot. Bij het vijfde plaatje zien we een over-the-shouldershot, waarbij we over de schouder van het hoofdpersonage naar Anna kijken. Het laatste shot van deze pagina is een close-up van het gezicht van Franz.

b.    opnamehoek: Op deze pagina zien we twee point-of-viewshots: in het derde en het vierde plaatje. In het derde plaatje zien we wat Anna ziet: Franz die ver weg van haar staat. Hier is ook sprake van subjectieve camera: Franz is hier maar een schim. Dit staat symbool voor Anna’s gevoel dat Franz zal weggaan en nooit meer terugkomt. Bij het vijfde plaatje kijken we mee uit het standpunt van Franz.

c.    symboliek: Ik haalde al twee punten van de symboliek op deze pagina aan in het voorgaande. Het eerste is dat in het derde plaatje de stad op de voorgrond komt te staan en het hoofdpersonage slechts een schim is. Dit staat symbool voor het feit dat de steden in deze reeks eigenlijk ook hoofdpersonages zijn. Het tweede element dat ik al aanhaalde is dat Franz in het vierde plaatje als een schim wordt voorgesteld. Dit symboliseert de gevoelens die Anna heeft: Franz is nog maar een schim voor haar, waar ze nu de laatste keer mee samen is en die niet meer zal terugkeren van zijn missie.

kleurensymboliek: In het eerste plaatje zien we de vrienden van Franz op de voorgrond. De achtergrond liet Schuiten echter wit. De focus ligt hier zo meer op de dingen die de mannen zeggen. De witte achtergrond laat ruimte voor de verbeelding van de lezer en symboliseert de erg mysterieuze sfeer die in heel de strip heerst.

3.    Closure:

Het eerste type closure dat gebruit wordt, is dat van onderwerp naar onderwerp: in het eerste plaatje zien we de bezorgde vrienden die praten over Franz, daarna krijgen we Franz zelf te zien, die het nog heeft over zijn vrienden en wat ze daarvoor tegen hem zeiden. 
Van het tweede plaatje tot het vierde plaatje krijden we een opeenvolging van verschillende acties door hetzelfde onderwerp: Franz. Hij vertrekt bij de club, wandelt door de stad en komt daarna aan bij Anna.
Bij het vierde en het vijfde plaatje is er een opeenvolging in tijd: hun inhoud beschrijft hetzelfde gesprek en geeft de mening van beide personages na elkaar weer.

4.    Woord-beeldverhouding:

a.    Plaatje 1 & 2: Additieve combinatie: De woorden geven een extra betekenis aan de beelden. In het eerste plaatje komen we te weten waarover de mannen het hebben. In het tweede plaatje krijgen we door de woorden extra informatie over de gemoedstoestand van het personage.

b.    Plaatje 4: Parallelle combinatie: De woorden en de beelden geven iets anders weer. We weten namelijk niet waarom het niet goed gaat bij Anna aan de hand van de afbeelding die we bij deze woorden krijgen. Deze informatie volgt in de volgende plaatjes.

c.    Plaatje 3 & 4: Additieve combinatie: De woorden geven opnieuw extra informatie bij de afbeeldingen. De tekst geeft hier weer wat de personages zeggen in hun conversatie.

5.    Personages: 

In heel de strip dragen de gezichten van de personages erg weinig emotie. Dit zien we ook op deze pagina terug. Als we de gezichten te zien krijgen, is het enige dat voor een blijk van emotie zorgt de frons van Franz in het laatste plaatje. Op de rest van de pagina krijgen we weinig gezichten te zien. Verder ontvangen we weinig informatie over de personages, hun achtergrond, hun gevoelens. Franz, het hoofdpersonage, is tevens de verteller van de strip. Toch weten we niet erg veel over zijn gevoelens. Op deze pagina zien we een zeldzame uiting van zijn emoties: ‘Die idioten hadden me razend gemaakt.’ Verder gebruikt hij erg objectief taalgebruik als verteller. Deze onwetendheid over de personages draagt alleen maar bij aan de erg mysterieuze sfeer die heel de strip lang aanwezig is.

6.    Motieven:

a.    architectuur: De focus in deze strip ligt erg vaak op de architectuur. Een voorbeeld hiervan zien we terug op de eerste pagina, waarop enkel long shots te zien zijn van de stad. Later in het verhaal, wanneer Franz in Samaris is, bespreekt hij ook erg vaak de gebouwen en de architectuur van de stad. Door dit steeds wederkerend motief, gaan we de steden zien als protagonisten in het verhaal. Dit gegeven keert niet alleen steeds terug in deze strip maar ook in de rest van de albums uit de reeks De duistere Steden.

b.    trompe-l’oeil: Een ander motief in deze strip is de trompe-l’oeil, letterlijk vertaald: gezichtsbedrog. Het komt aan bod vanaf het moment dat Franz aankomt bij Samaris. Het eerste dat hij zegt als hij de stad ziet, is: ‘Hoe meer we het naderden, hoe verder Samaris zich van ons leek te verwijderen.’ Verder in het verhaal beschrijft hij telkens het onbehaaglijke gevoel dat er iets aan de hand is en dat er meer is dan wat hij ziet. Uiteindelijk blijkt de hele stad een trompe-l’oeil te zijn. Op het einde van het verhaal blijken dat zijn zicht niet het enige zintuig is dat bedrogen is.

7.    Sfeer, stijl: 

De strip krijgt een erg mysterieuze sfeer door de pastelkleuren en de weinig expressieve gezichten van de personages. Er is een grote aandacht voor architectuur: de gebouwen zijn getekend met oog voor detail. De focus lijkt dus meer gelegd op de gebouwen en de steden, en minder op de personages. 

8.    Taal: 

De taal in deze strip is zakelijk en objectief, afgezien van de vaak afgekorte lidwoorden 'het' en 'een' naar respectievelijk ’t en ‘n. Er wordt ook weinig gesproken in het verhaal. De meeste informatie die je krijgt als lezer komt van de verteller: het hoofdpersonage. Ook hij hanteert objectief taalgebruik, zonder al te veel poespas. We krijgen een redelijk droge, ongekleurde overloping van de gebeurtenissen. Er zijn tevens heel vaak plaatjes waarbij geen tekst hoort. Mijn conclusie hierover is dat de focus bij deze strip meer ligt op het visuele aspect: de tekeningen, dan op de taal. 

Pagina 11 uit De muren van Samaris